Agenda en uitgaanstips

Evenementen in Nederland


Feest- en gedenkdagen in de Duitstalige wereld


1 mei
Tag der Arbeit
De Dag van de Arbeid.

Lees verder...

Bezoekersstatistieken

Vandaag 746
Deze week 1509
Deze maand 4113
Vanaf mei 2011 4242333

Spreekwoorden




Spreekwoorden en gezegden - Sprichwörter und Redewendungen

 

 

 Identieke Duitse en Nederlandse spreekwoorden.

 

Beiß nicht in die Hand, die dich füttert.
Bijt niet in de hand die je voert.

 

Oog om oog, tand om tand.
Auge um Auge, Zahn um Zahn.

 

Bellende Hunde beißen nicht.
Blaffende honden bijten niet.

 

Der Mensch denkt, Gott lenkt.
De mens wikt, God beschikt.

 

Besser spät als nie.
Beter laat dan nooit.

 

Betrunkene und Kinder sagen die Wahrheit.
Dronkaards en kinderen zeggen de waarheid.

 

Blut ist dicker als Wasser.
Bloed is dikker dan water.
Betekenis: Familiebanden, bloedbanden, zijn sterker dan andere relaties. Eigen familie komt eerst.

 

Der Teufel scheißt immer auf den größten Haufen.
De duivel schijt altijd op de grote hoop.
Betekenis: Het geld stroomt altijd naar mensen die er al genoeg van hebben.

 

Aus einer Mücke einen Elefanten machen.
Van een mug een olifant maken.

 

Alles Gute kommt von oben.
Al het goede komt van boven.

 

Bäume wachsen nicht in den Himmel.
De bomen groeien niet tot in de hemel.

 

Andere Länder, andere Sitten.
Andere landen, andere zeden.

 

Auf jeden Regen folgt auch Sonnenschein.
Na regen komt zonneschijn.

 

Morgenstund hat Gold im Mund.
De morgen stond heeft goudn in de mond.

 

Man muss das Eisen schmieden solange es heiß ist.
Je moet het ijzer smeden als het heet is.

Eile mit Weile.
Haast je langzaam.

 

Eine Katze im Sack kaufen.
Een kat in de zak kopen.

 

Durch Dick und Dünn gehen.
Door dik en dun gaan.

 

Du siehst den Wald vor lauter Bäumen nicht.
Door de bomen het bos niet zien.

 

Einem geschenkten Gaul schaut man nicht ins Maul.
Een gegeven paard moet je niet in de mond kijken.

 

Rom ist auch nicht an einem Tag erbaut worden.
Rome is ook niet in één dag gebouwd.

 

Eine Schwalbe macht noch keinen Sommer.
Één zwaluw maakt nog geen zomer.

 

Ein Unglück kommt selten allein.
Een ongeluk komt zelden alleen.

 

Ende gut, alles gut.
Eind goed, al goed.

 

Es ist nicht alles Gold, was glänzt.
Het is niet alles goud wat er blinkt.

 

Hochmut kommt vor dem Fall.
Hoogmoed komt voor de val.

 

Kommt Zeit, kommt Rat.
Komt tijd, komt raad.

 


Leichter gesagt als getan.
Makkelijker gezegd dan gedaan.

 

Reden ist Silber, Schweigen ist Gold.
Spreken is zilver, zwijgen is goud.

 

Zwei Fliegen mit einer Klappe schlagen.
Twee vliegen in één klap slaan.

 

 

Zeit ist Geld.
Tijd is geld.

 

Wer nicht hören will, muss fühlen.
Wie niet horen wil, moet voelen.

 

Wer zuerst kommt, mahlt zuerst.
Wie het eerst komt, die het eerst maalt.

 

Wer zuletzt lacht, lacht am besten.
Wie het laatst lacht, lacht het best.

 

Wer nicht wagt, der nicht gewinnt.
Wie niet waagt, die niet wint.

 

Wer anderen eine Grube gräbt, fällt selbst hinein.
Wie een kuil graaft voor een ander, valt er zelf in.

 

Wer A sagt, muss auch B sagen.
Wie A zegt, moet ook B zeggen.

 

Was der Bauer nicht kennt, das frisst er nicht.
Wat de boer niet kent, dat vreet hij niet.

 

 

Viele Hände macht leicht Arbeit.
Vele handen maken licht werk.

 

Koste es was es wolle.
Koste wat wil.

 

An den Früchten erkennt man den Baum.
Aan de vruchten herkent men de boom.

 

 

 

 

 

 








Citaat van de dag

"De grenzen van mijn taal vormen de grenzen van mijn wereld.
Die Grenzen meiner Sprache bedeuten die Grenzen meiner Welt. "
- Ludwig Wittgenstein -
(1889-1951)

Advertenties

Ook adverteren op deze pagina?